Waddenvarkens

Tamara

Als ik vlees eet, dan koop ik dit bij Waddenvarkens. Sinds ik ze twee jaar geleden ontdekt heb en met eigen ogen heb kunnen zien hoe de varkens erbij lopen, wil ik niks anders meer. Graag vertel ik jullie meer over deze varkensboer als inleiding op mijn ‘Van Kop tot Staart uitdaging’.

Het is niet eens zo gek ver rijden vanuit Groningen dat Uithuizermeeden, in een half uurtje sta ik op een verlaten landweggetje waar een schattige kleine boerderij staat. Niks zegt dat hier varkens zijn, niet een enorme megastal op de terrein, er is zelfs geen stal te zien; ben ik wel op de juiste plek? Ik vraag me nog steeds af waar die varkens dan zijn, we lopen langs een schuurtje en dan ineens is daar een stuk land met varkens die heerlijk in de grond zitten te wroeten. Wauw, dit komt echt zo uit een sprookje. Er staan wat schuilhokken waar een aantal varkens heerlijk aan het luieren zijn. De rest staat op een hoopje gras en andere etensresten te scharrelen, nieuwsgierig komen er een aantal naar ons toe gelopen. Wat een machtige beesten, wat een enorme oren en wat zijn ze lang! Ze doen me aan teckels denken, alleen dan in varkensformaat.

De varkens lopen dag en nacht buiten, weer of geen weer, deze varkens zijn gemaakt om buiten te lopen verteld de boer. In een stal worden ze moddervet en dat wil de consument niet. Dit is ook een ander ras dan in de gangbare industrie gebruikelijk is, het zijn Bonte Bentheimers; een oeroud ras. Dit waren de varkens die onze overgrootouders hielden, een vriendelijk ras dat lekker vlees produceert. Deze varkens leven wel twee keer zo lang dan de varkens uit de gangbare industrie; ze mogen hier een jaar op het land rondscharrelen en dan gaan ze naar de slager.

Zeugen worden hier natuurlijk gedekt door een beer, de beer ligt lekker naast zijn drie vrouwen in het zonnetje te slapen. Een andere hoogdrachtige zeug loopt verderop wat te scharrelen, over een paar weken moet zij bevallen. En dan ineens zie ik ze; de biggetjes! Oooo, wat zijn ze schattig! Maar zodra we dichterbij komen rennen ze hard weg, een paar blijven nieuwsgierig staan. Aaien is er niet bij, daar zijn ze nog iets te bang voor. Maar dit zijn biggen van al een paar weken oud, in een ander gedeelte zijn de echt kleine biggetjes. De moeders zijn enorm en hebben ogenschijnlijk net een heerlijk modderbad gehad want ze zie zwart van de modder. Een zeug heeft twaalf biggetjes die vrolijk om haar heen rennen, de staartjes kwispelen hard heen en weer. Het is voedertijd, om de twee uur gaat de moeder liggen om de biggetjes eten te geven en iedere big heeft een eigen tepel. Dit levert grappige taferelen op als de biggetjes hun tepel proberen te veroveren. Eentje geeft het op en begint maar aan de modder van mama te likken. Het is echt een super lief gezicht en het liefst had ik er eentje opgepakt en mee naar huis genomen. Maar als ik zie hoe groot ze worden, gaat dat niet helemaal in mijn kamer passen.

Deze boerderij is echt alles wat je wilt voor een varken, ze lopen het gehele jaar door buiten en hebben een prachtig leven. Ook al is dit leven van korte duur, alsnog is het langer dan de gangbare industrie en een stuk diervriendelijker. Waddenvarkens staat iedere dinsdag en vrijdag op de Vismarkt en je kan online vleespakketten bestellen. Echt alles van het varken ligt in de vriezer, van poten, staarten, wangen tot de meer gangbare stukken als karbonades en speklappen. Waarom verkoopt hij eigenlijk alles en wie kopen de minder toegankelijke stukken (behalve ik voor mijn uitdaging)? Dat is iets voor de volgende blog en dan zal ik ook een recept delen van één van de meer ‘uitdagende’ stukken vlees.