Respect voor moestuinierders
DorindaRespect! Respect! Respect! Voor alle moestuinierders onder ons. Het is – alles bij elkaar- gewoon een enorme klus groenten fatsoenlijk boven de grond te krijgen en groot te brengen. Oogsten is een feestje, en de grootste beloning die je kunt wensen. Tot die tijd, vooral hard werken.
Mijn moestuinactiviteiten heb ik dit jaar uitgebreid. Naast een kleine productie in onze eigen tuin (aardbeien, bonen, en wat goed opkwam uit de kleine moestuintjes) doe ik mee in een buurtmoestuin in onze wijk, De Onlanderij. Waarom? Omdat ik graag mijn eigen groentes wil verbouwen. Samen met de kinderen wil zaaien, wieden, gieteren en oogsten en dan lokaal voedsel eten.
Met elkaar onderhouden we een groot perceel grond. Ieder (koppel) heeft een veldje met een eigen groentesoort. Dus iemand doet de sla, iemand de wortelen, de bieten, iemand de aardappelen, iemand de vruchtgroenten. En samen doen we grotere klussen en helpen elkaar. Alles wat je maar kunt bedenken staat of komt er. En omdat het het jaar van de boon is, koos ik met mijn maatje voor de bonen. We zaaiden een mooie variatie aan bonen, sperciebonen, tuinbonen, kapucijners…van alles wat. We zaaiden in rijtjes, in rondjes, langs de hekjes. En langzaam aan (wat bleef het lang koud!) kwam er wat uit de grond!
Slak…aahgr!!
Ook bij mij thuis gingen er voorgekweekte plantjes de grond in. En ik zaaide ook in de koude grond. Ik krijg tips van mijn medemoestuinierders, ik zoek dingen op. En zo komen we verder. Alleen niet in mijn eigen tuin bij ons huis. Daar zijn slakken!
Slakken zijn vast nuttige en goede dieren. Maar dat vind ik nu even niet! Ik lees in een blog van Ecoweetjes dat mijn tuin een paradijsje is….’In tuinen heb je enorm veel vochtige schaduwplekjes om te schuilen. Tegelijk herbergt een tuin heel veel lekkere, jonge plantjes op een kleine oppervlakte. Die plantjes staan dan ook nog in een combinatie die in de natuur niet voorkomt. Het is dus alsof je alles wat een slak lekker vindt op één gezellig restauranttafeltje samen aanbiedt. Logisch dat slakken die jonge scheutjes in één nacht wegvreten.’ En dat is precies wat gebeurt! Van mijn opgekweekte tuinbonen blijft in drie nachten niets maar dan ook niets over!
En de stambonen van Bolt steken hun kopjes boven de grond en de volgende ochtend staat er een zuur sprietje nog overeind.
Ik word er oprecht verdrietig van. Had me verheugd op de variatie aan planten en bloemen en later de bonen dit jaar! Gelukkig staan er tips op de blog van Ecoweetjes om het goed, grondig en biologisch aan te pakken: slakken pakken zonder gif. Dat ga ik maar doen.
En volhouden! Opnieuw proberen. ’s Avonds ga ik even naar De Onlanderij. ‘Kijken of ik moet water geven’, zeg ik tegen de anderen. Terwijl ik weet dat de bui van gisteren wel even voldoende was. Eigenlijk wil ik gewoon even kijken hoe het met mijn bonen gesteld is. En ik begin maar weer met wieden en harken. Op de kop tussen de bonen (ze staan er nog!) hoor ik ineens het vriendelijke gezoem van de bijen en hommels bij de bonenbloemen. Wie weet lukt het hier wel dit seizoen. Ik voel me rustiger en dankbaar. En realiseer me heel goed: het is niet gewoon dat er elke dag voedsel is.