Over boeren, koeien en kazen

Dick

Kort geleden bezocht ik veehouder Henk, wonend tussen Borger en Schoonlo. Henk is een jongere broer van mijn vriend Teun die ik al vanaf mijn 22ste, dus bijna 40 jaar, ken. Echter omdat ze als familie twee maal zijn “uitgekocht” als boer, eerst in Westenholte (bij Zwolle) en later in Hoogkerk bij Groningen, is mijn vriend Teun helemaal gestressed en opgenomen in een zorginstelling. Door met zijn broer Henk te praten over die situaties en over zijn boer zijn, is voor mij de kaas en melk voetafdruk, oftewel de koe-afdruk, in een heel ander daglicht komen te staan. Ik kan heel veel dingen nuanceren, maar dit verhaal zet me voor een dilemma.

Henk is veehouder met 70 koeien en hij maakt zijn eigenkoe_02 kaas. Het is een zeer “groene” familie. Ik ben destijds (ca. 1980) met Teun naar De Kleine Aarde geweest – die toen al aan het nadenken waren over de voorloper van de Nederlandse Voetafdruk. Henk heeft dezelfde ideeën en instelling, maar loopt tegen een aantal dingen aan. Het liefst zou hij één koe melken voor zijn gezin (3 kinderen). Maar de mogelijkheid om daarvan te bestaan is er niet. Daarom melkt hij het kleinst mogelijke aantal om een goed bestaan op te bouwen. Hij vindt echter dat de samenleving de boer de rug heeft toegekeerd, terwijl diezelfde samenleving wel afhankelijk is van die boer. Als alle boeren stoppen met graan, peulvruchten, aardappelen en melk te verbouwen / te produceren, dan lijdt ons land honger. Nu is het zo dat we als landbouwers/veehouders te veel produceren, en dus kunnen exporteren. Hij zou graag de mogelijkheid hebben om meer kaas te maken. De regels daarvoor zijn alleen zo verstikkend, dat daarvoor wel enorme financiële offers voor moeten gepleegd. Dat eerste heeft hij al gedaan, maar dat noemt hij ook “gewoon” investeren. Hij heeft een prachtige schuur gebouwd waar hij kaas kan maken, bewaren en mensen kan uitnodigen voor een kop koffie of thee met kaas hapjes, of een broodje kaas. Zijn eigen kaas dan te verstaan!

Het liefs zou Henk maar één koe melken voor zijn gezin (3 kinderen). Maar de mogelijkheid om daarvan te bestaan is er niet.

Andere oplossingen hadden ze wel, in Westenholte en in Hoogkerk bedacht, maar door die verplichte verhuizingen door uitkopingen zijn de uitgangspunten steeds slechter geworden.

Door mijn koe-gerelateerde voetspot-uitdaging, waar ik met Henk over heb gesproken, zie ik ook veehouders die zelf de voetafdruk zo klein mogelijk willen houden. De grote vraag is nu hoe we Nederlandse boeren zover krijgen dat ze weer gaan produceren voor hun eigen omgeving. Ik begrijp dat dit een utopie is, maar zelf heb ik daar wel een voorbeeld van gezien in Europa. Daar was ik als begeleider van blinden op vakantie in Roemenië. De laatste dag waren we op een boerderij in Roemenië in Ceuas. We kregen daar in het restaurant achter het huis van deze boer een maaltijd voorgeschoteld, inclusief livemuziek. Alles wat we kregen kwam van zijn eigen land: de zelfgemaakte sterke drank, de soep met vlees. Varkens, koeien en kippen, ze liepen daar allemaal rond. Op het land werden bonen, erwten en graanproducten verbouwd, en er werd zelf brood gebakken. Kortom geen enkel product wordt verder vervoerd dan 2 km.

Alles wat we kregen bij de Roemeense boer kwam van zijn eigen land: de zelfgemaakte sterke drank, de soep met vlees, brood. Niks wordt verder dan 2km vervoerd.

Ondertussen ben ik bezig met verzamelen van okernoten, walnoten en hazelnoten, waar ik uiteindelijk kaas van wil maken, maar dat doe ik pas als alle noten uit de boom zijn. Dus later vertel ik meer over dit project.

Ook ben ik ondertussen allerlei planten (meest kruiden) aan het drogen, en drink ik alle thee zoveel mogelijk uit eigen tuin. Maar dat zijn voor mij gewoontes, en geen uitdagingen meer.