De eerste stappen naar een afvalarme leefstijl
LillaOngeveer twee jaar geleden heb ik een artikel gelezen over Green Evelien. Daarin vertelde ze dat ze samen met haar man slechts twee dagen per week per persoon hoeven te werken om toch nog rond te kunnen komen en zelfs wat kunnen sparen. Dat vond ik meteen heel boeiend. In mijn wereld was het op dat moment “normaal” om fulltime te moeten werken. Immers er moet van alles betaald worden: het huis, de auto, nieuwe kleren, nieuwe meubels, biologische voeding, vakanties, uit eten, stappen, cadeautjes en dan ook nog proberen te sparen voor later. Dat er blijkbaar mensen zijn die dat kunnen doen met maar twee dagen per week per persoon te werken (en dan hebben ze ook nog eens drie kinderen) vond ik onvoorstelbaar! Ik wilde hier meer over weten en in mijn enthousiasme heb ik zo ongeveer haar hele blog in één avond uitgelezen. De reden achter de leefstijl van Green Evelien is het energiezuinig willen leven. Lees hier het stuk dat ik voor het eerst over haar las.
Ze gaat daarin ver, bijvoorbeeld door haast geen elektrische apparaten meer in huis te hebben (lees = ook geen koelkast), een composttoilet te gebruiken en zichzelf alleen nog maar te wassen met koud regenwater aan de wastafel. Het lijkt op het eerste gezicht onrealistisch, armoedig en sober maar in werkelijkheid pakt ze het heel creatief aan en dat inspireert mij. Ik zal zeker niet alles in de praktijk brengen maar het zet mij toch wel aan het denken in hoeverre in een luxe leven nodig heb. Luxe betekent voor iedereen wat anders. Voor de één is dat een succesvolle cariere, sociale status en materiele bezittingen. Voor de ander betekent luxe vrijheid krijgen, bewust met milieu, natuur en dier om te kunnen gaan, tijd kunnen doorbrengen met geliefden en simpelweg het kunnen doen wat jij maar wil. Ieders waarheid ligt ergens tussen deze twee uiteinden. Geïnspireerd door de leefstijl van Green Evelien begon bij mij een kanteling in denkwijze plaats te vinden en begon ik de definitie van luxe voor mijzelf te herformuleren.
Wat Green Evelien doet, wil ik tot een zeker punt ook in de praktijk gaan brengen. Ik ging bij mezelf na hoe ik eigenlijk op dat moment in het leven stond en hoe het kon dat ik mij niet kon veroorloven om slechts twee dagen per week te werken.
Ik vroeg mezelf de volgende dingen af:
– Wat is daadwerkelijk nodig om te kunnen leven?
– Wat is mijn definitie van luxe?
– Waar besteed ik mijn geld aan?
– Welke spullen bepalen mijn geluk en waarom?
– Hoelang moet ik werken voor deze spullen? En is dat het dan waard?
Ik realiseerde mij dat een simpeler en bewuster leven een verrijking van het leven kan zijn. Alle spullen en zaken om mij heen slokten mijn aandacht op terwijl ik door die spullen eigenlijk niet gelukkiger werd. Ik kan namelijk niet goed functioneren als ik te veel dingen om mij heen heb. Op de één of andere manier heb ik dan niet genoeg “ruimte” voor mijn gedachten, inspiratie en creativiteit. Ik geloof dat ik de beste werknemer ben in het opzicht dat mijn bureau altijd leeg is en mijn lades netjes geordend. Een opgeruimd huis staat daarom hoog op mijn lijstje, maar dat is niet altijd haalbaar met een drukke baan en een steeds ophopende en om aandacht schreeuwende berg spullen. En dan ook nog proberen een leefstijl aan te houden die mij via de maatschappij wordt aangepraat.. Mijn kleine Nissan Micra uit 1995 is vaak onderwerp van grappen (onterecht overigens want dat ding is ijzersterk, super zuinig en ongelovelijk goedkoop!). Mijn man en ik willen graag een huis kopen en ook daar merken we dat we steeds tegen de gedachte aan lopen dat het groter, beter, mooier, slimmer moet. Dat veroorzaakt dagelijks een ontzettend lastig interne conflict in mij. Want ga ik voor groot, mooi en duur, of voor klein, uniek en goedkoop. Dus ga ik werken voor mijn leefstijl, of pas ik mijn leefstijl aan zodat ik minder hoef te werken?
Ik zag steeds meer in dat ik juist veel moet inleveren van mijn vrijheid om een bepaalde leefstijl aan te kunnen houden. Maar welke onderdelen van die leefstijl kosten mij vrijheid en hoeveel? Ik begon met het maken van een maandelijkse overzicht zodat ik in kaart kon brengen waar mijn geld maandelijks naartoe gaat en nog belangrijker: hoeveel. Had ik al deze dingen eigenlijk wel nodig? Ik begon steeds meer te balen als ik geld uitgaf aan aankopen die ik achteraf gezien eigenlijk niet persé nodig had.
Consuminderen…
Een belangrijk onderdeel van het proces was om te leren dat ik niet elke keer iets moest kopen als ik een winkel binnenkwam. Dat voelde voorheen “normaal” (sterker nog ik baalde ontzettend als ik niets kon vinden om te kopen) waardoor ik dus elke keer met onzinnige aankopen thuis kwam. Je kent vast wel het welbekende Action fenomeen: je gaat voor een ovenschaal naar deze winkel en vervolgens kom je met drie tassen vol spullen thuis. Dat dus, maar dat wilde ik veranderen.
De eerste paar keren was een teleurstelling om met lege handen thuis te komen na een dagje shoppen. Maar al gauw begon ik toch trots op mezelf te worden en het als een uitdaging te zien om de verleiding te weerstaan. Het gaf een kick als het mij lukte om in de winkel de beslissing te kunnen maken dat ik niet nog meer spul nodig had.
Ik kwam in aanraking met een winkel waar ze tweedehands kleding en kleding dat in winkels achterbleef verkopen per kilo. Dit is een winkel in mijn geboorteland (dus in die zin geen goed verhaal voor de Nederlandse lezers), maar ik zal in mijn volgende blog op zoek gaan naar leuke tweedehands winkeltjes in het Noorden van het land!
In ieder geval, ik was in eerste instantie sceptisch over de tweedehandswinkel maar dat veranderde heel snel. Eerlijk is eerlijk, je komt ook onbruikbare spullen tegen. Ik zie het als een uitdaging om op zoek te gaan naar de pareltjes. De hoeveelheid kleding die ik kon kopen voor de prijs waarvoor ik in een doorsnee kledingwinkel hooguit een truitje kocht was onvoorstelbaar. Toen realiseerde ik het opeens: ik was aan het hergebruiken! Hoe cool is dat? Bovendien word ik minder gestrest van tweedehands kleding. Ken je dat gevoel van ontzettend balen als je per ongeluk met een net nieuw kledingstuk ergens achter blijft haken of op de verkeerde stand in de wasmachine doet? Dat heb ik nu niet meer. Gaat mijn kleding nu stuk dan doet het mij niet meer zeer om deze voor hergebruik in de textielcontainer te doen.
Voor het geld dat ik niet meer uitgaf aan onnodige spullen en nieuwe kleding kon ik de keuze maken voor volledig biologische voeding. Doordat ik online bestel kom ik bovendien niet in de verleiding om troep in huis te halen. Dit systeem kwam bovendien met een enorm voordeel: weinig verpakking! Ik zag ineens de plastic vuilnisbak niet meer zo snel uitpuilen als voorheen (die in de reguliere supermarkt vaak wel worden gebruikt voor biologische voeding om kruisbesmetting met niet-biologische voeding te voorkomen). En de papieren zakjes die voor het hoogst nodige gebruikt worden door dit bedrijf (want wees nou eerlijk een kilo snoeptomaten zo los tussen 1 kilo andere groente en fruit is hoe je het ook bekijkt toch niet handig) bewaar ik in de la om zelf lunch in mee te nemen naar mijn werk. Kortom we hergebruiken het verpakkingsmateriaal zo lang mogelijk voordat het officieel als afval in de papier doos belandt. In de supermarkt word ik doodmoe van alle reclame waarmee ik wordt verleid om van alles te kopen dat ik helemaal niet nodig heb. Door het online bestellen kom ik steeds minder vaak in de winkel. Ik kijk bovendien nu met andere ogen rond dan eerder. Als ik een winkel of supermarkt binnenkom zie ik vooral heel veel afval, veel onnodige verpakkingen en nutteloze spullen. Ik word niet meer vrolijk van winkelen.
Minimaliseren…
Ik meldde mij aan bij twee groepen op Facebook waar we ideeën, inspiratie en tips uitwisselen met betrekking tot minimaliseren (“minimaliseren kun je leren” en “minimaliseren voor gevorderden”). Doordat ik inmiddels aan consuminderen deed, begon ik ook anders te kijken naar de spullen die ik al in huis had. Ik zag ineens kasten vol met troep dat ik al jarenlang met mij heb meegesleurd terwijl ik er niets meer aan heb. Sterker nog veel spullen zou ik niet eens missen als ze “verdwenen” waren. Dus waarom bewaar ik het dan nog? Met die gedachten ben ik als een gek te keer gegaan in mijn kantoorkamertje. Mappen vol met administratie van heel wat jaren terug, halve aantekeningen van presentaties waar ik niks meer van kan maken, foldertjes van bedrijven waar ik ooit nog eens naar zou gaan kijken, tijdschriften die ik nog zou lezen, visitekaartjes van mensen die ik mij niet meer kan herinneren, oude cd’s met computer back ups en heel veel readers van mijn opleiding nog. Een groot deel ben ik (in stappen) bij langs gegaan en bij elk stuk dat in mijn handen heeft gezeten heb ik mij afgevraagd of ik er het komende half jaar nog iets mee zou doen. Was het antwoord nee dan ging het linea recta de papier doos in. Een berg aan afval heb ik weggegooid. Het voelde heel raar om ineens zo veel afval te creëren, terwijl ik juist afval wil minderen. Toch voelt dit deel van minimaliseren behoorlijk opluchtend en ik moet er niet meer aan denken om “afval” terug in huis te halen. Het begint een verslaving te worden om zo min mogelijk in huis te hebben.
We hebben een klein badkamertje en dat werd het volgende project. Mandjes vol met haar- , hand- en huid crèmes, make-up, nagellak, douchespul, maskertjes en andere smeersels die eigenlijk alleen maar staan te vergaan. De meeste spullen waren bovendien over datum dus deze konden gelijk weg. Ik heb natuurlijk wel alles uitgesplitst in plastic en grijs afval. Lees voor tips over afval scheiden mijn vorige blog “omgekeerd inzamelen”. Ook apparaten (krultang, hair straightener, etc) konden weg of op de Facebook-ruilsite bij mij in het dorp. Alle spullen voor de “minder-leuke-dames-dagen” gingen in een mandje naar de beneden wc voor gasten. Ik heb het niet meer nodig sinds ik wasbaar maandverband gebruik (lees in mijn blog “Het riool: wat zit daarin?” waarom). Na het minimaliseren in de badkamer is het gelijk een stuk opgeruimder, overzichtelijker en een prettigere ruimte geworden.
Na de badkamer was mijn kledingkast aan de beurt. Ondanks dat ik niet altijd iets leuks kan vinden om aan te trekken puilt het toch wel uit van kleding. Er is te veel keuze waardoor ik niet kan kiezen. Daarnaast staan op zolder ook meerdere dozen met nog uit te zoeken kleding die ik of nog voor later wilde bewaren, nog wilde repareren/iets van wilde knutselen, of nog wilde verkopen. Ook ben ik al een tijd tweedehands baby/kinderkleding aan het verzamelen als een soort van “uitzet”.
Het voordeel van tweedehands kleding is ook gelijk een groot nadeel: doordat het goedkoop is heb ik er veels te veel van in huis. Daar wilde ik vanaf en dus stelde ik twee maanden geleden een systeem in:
– één doos met kleding/tassen als herinnering aan vroeger (wij vonden het vroeger namelijk erg leuk om met de kleding uit de “oude-kleding-doos” van mijn moeder te spelen),
– één doos met kleding/schoenen die naar vrienden of familie kunnen (zo gaf ik laatst schaatsen die mij toch niet meer passen door aan een vriendin die het wel past en kleding die mij te groot of te klein is aan vrienden/familie die het wel past),
– één doos met kleding/schoenen/tassen die ik nog wil verkopen/ruilen op kleding(ruil)beurzen, swaps of volgend jaar met koningsdag markt (nette kleding die leuk genoeg zijn om eerlijk te kunnen ruilen of geld voor te vragen),
– één doos met kleding/schoenen/textiel/tassen die naar de kledingbank kan (kleding, schoenen, textiel (gordijnen) en tassen die ik niet wil bewaren als herinnering en ook niet meer verkoopbaar is),
– één doos met kleding/textiel die naar de textielcontainer kunnen (kleding en textiel die geen tweede ronde meer meekunnen, bijvoorbeeld sponsjes en kapotte keukendoeken)
– één doos met kinderkleding (die zit inmiddels vol, dus ik mag van mijzelf niet meer erbij verzamelen tot het babyproject echt gaat beginnen 😉 ).
Helaas lukt het niet om in één dag het hele huis geminimaliseerd te hebben. Bovenstaande projecten ben ik meerdere dagen per ruimte mee bezig geweest. Er valt nog zo veel in mijn huis te minimaliseren, zoals in de keuken (te veel keukengereedschap, vormpjes, schaaltjes, spul in de voorraadkast die ik helemaal niet gebruik), in het schuurtje (eigenlijk een klus voor mijn man; het staat nu vol met dozen schroefjes, moertjes, gereedschap etc. die we ook lang niet allemaal nodig hebben) en het kantoorkamertje is ook nog lang niet klaar!
Stappenplan
Stap 1 = Consuminderen. Afval verminderen begint in mijn ogen met zo min mogelijk afval in huis halen en te maken. Denk tijdens het winkelen na of je iets écht nodig hebt. Heb je het het afgelopen half jaar regelmatig nodig gehad? Ga je het de komende zes maanden regelmatig gebruiken? Kun je het niet lenen van iemand of tweedehands krijgen (= hergebruiken bespaart productie- en transportafval)? Als na bovenstaande vragen toch de conclusie getrokken kan worden dat het echt nodig is om iets aan te schaffen kies dan voor een duurzaam product dat lang meegaat, van goede kwaliteit is en zo min mogelijk afval met zich meebrengt. Neem daarnaast een tas mee als je gaat winkelen zodat je die niet meer hoeft te kopen. Bekijk maar eens hoeveel je kan besparen qua geld en tijd als niet constant spullen blijft kopen!
Stap 2 = Minimaliseren. Als je eenmaal gevorderd bent geworden in consuminderen zul je zien dat je steeds meer afval in huis begint te zien. Ga bij jezelf na welke spullen je nog met je mee wilt blijven sleuren. Heb je het het afgelopen half jaar regelmatig nodig gehad? Ga je het de komende zes maanden regelmatig gebruiken? Wil je persé deze fysieke herinneringen bewaren? Neemt het ruimte in beslag die je beter anders kan gebruiken (grote spullen)? Zijn het spullen waarvan je eigenlijk vergeten was dat je ze had en die je dus eigenlijk ook niet miste? Als je tot de conclusie komt dat je eigenlijk wel zonder kan, vraag dan bij vrienden/familie rond of ze het willen hebben/ruilen/kopen. Daarnaast kun je het ook aanbieden op Marktplaats of ruil- of weggeef sites op Facebook. Wie weet maak je een ander blij mee. Doneer speelgoed aan basisscholen of kinderspeelzalen en lever je tijdschriften in bij huisartsenpraktijken of ziekenhuizen (in het Martini ziekenhuis in Groningen is hier een speciale verzamelbak voor). Kan het echt weg, bekijk wat voor afval het is en hoe je dit het beste kan laten verwerken. Zie hiervoor mijn eerdere blog “omgekeerd inzamelen”.
Wat zijn jullie ervaringen met consuminderen en minimaliseren? Hoe is het bij jullie begonnen? En hoe hou je het vol?